Anaalklieren bij de hond

Iedere hond – in feite iedere carnivoor – heeft 2 anaalklieren die zich links en rechts van de anus bevinden en gelegen zijn tussen de inwendige en uitwendige anale sluitspier. Eigenlijk is anaalklier niet het juiste woord; het zijn geen klieren in de medische zin van het woord maar zakjes waarin zich talrijke talg- en apocriene kliertjes bevinden, die een olie-achtige vloeistof produceren die in deze zakjes wordt opgeslagen.

Functie anaalklieren.

Is je hond in goede gezondheid dan worden de anaalklieren automatisch geleegd telkens wanneer hij zijn ontlasting doet. Zo geeft de hond bij iedere drol zijn eigen specifieke geur af, die een signaal- en markeerfunctie heeft voor andere honden. Ook kunnen de anaalklieren spontaan geleegd worden ter waarschuwing of in geval van stress.

Een andere belangrijke functie van de anaalklieren is het verwijderen van giftige stoffen en materiaal dat het lichaam niet nodig heeft. Je kunt ze in dat opzicht vergelijken met hele grote zweetklieren en zien als de afvalemmers van het lichaam die zich automatisch ledigen wanneer de giftige afvalstoffen een bepaald punt hebben bereikt.

Problemen met de anaalklieren.

Voor het goed functioneren van de anaalklieren is goede voeding erg belangrijk! Is de ontlasting van je hond permanent te zacht, dan zullen de klieren zich niet of onvoldoende automatisch ledigen en hoopt de vloeistof zich op.

Daarnaast kunnen de klieren in aanleg afwijkend zijn en/of kunnen de afvoerkanalen te nauw zijn. Soms gebeurt het dat de inhoud van de anaalklieren indikt wat er ook voor zorgt dat lediging moeilijk wordt. De klieren raken dan overvuld en dit geeft irritatie en jeuk bij de hond. We zien dan dat de hond gaat ‘sleetje rijden’ (met zijn kont over de grond gaat schuren) en we zien hem vaker likken en bijten in het gebied rondom zijn anus. De irritatie kan uiteindelijk tot een (chronische) infectie van de klieren leiden.

Aanpak regulier.

Reguliere behandeling van de anaalklieren komt vaak neer op lokale aanpak van de problemen; d.w.z. het handmatig leegknijpen van de klieren, het schoonspoelen ervan, het inzetten van antibiotica en/of pijnstilling tot zelfs chirurgische verwijdering (bij herhaalde infecties en/of tumorvorming).

Hier zit een luchtje aan….

Voor je daarin meegaat, realiseer je dan dat ontstoken anaalklieren geen lokaal symptoom zijn maar een signaal voor een dieper liggend probleem. Door verkeerde voeding kunnen toxines zich in het lichaam opstapelen (denk aan lever!) en kan ontlasting te zacht zijn. Ook overactiviteit van talgkliertjes in de huid kan gepaard gaan met ontstoken anaalklieren.

Nog afgezien van de mogelijke fysieke consequenties die verwijdering van de klieren met zich mee kan brengen: fecale incontinentie (je hond kan z’n ontlasting niet meer ophouden), constante aandrang, fistels …

Wat kun je nou wel doen?

Als homeopaat kijk ik onder andere met jou naar voeding: wat zou je zelf kunnen doen op dit vlak om jouw dier te helpen. Maar hoewel voeding erg belangrijk is, ontwikkelt niet iedere hond die ‘ongezonde’ voeding krijgt een anaalklierontsteking. En daarnaast zie ik honden die op goede voeding staan en tóch problemen op dit vlak krijgen. Voor mij als homeopaat een indicatie om verder te kijken dan voeding alleen. Of stel, er is een tumor geconstateerd waardoor verwijdering van de anaalklieren noodzakelijk is; ook dat is voor mij als homeopaat belangrijke informatie die ik meeneem in een behandeling.

Verder kijk ik naar het totaalplaatje; is er sprake van een eenmalige ontsteking van de anaalklieren of zien we hier een patroon in? Gaat de ontsteking gepaard met erge pijnen en koorts of merk je weinig aan je hond, afgezien misschien van wat jeuk en roodheid. Heeft je hond nog meer klachten? Hoe ziet zijn vacht eruit en hoe voelt de vacht aan?

Kortom; ook hier kijk ik als homeopaat naar een individuele uiting van een probleem en zoek ik daarom ook hier naar een individuele oplossing.

Wil je meer weten?

[maxbutton id=”1″ ]